Op www.eeninwaarheid het voglende artikel van de hand van A. Capellen in deze serie

In een vorig artikel beloofden wij terug te komen op de datering van het boek Jozua. Wij constateerden toen dat Van Bekkum de totstandkoming van dit boek plaatst in de tijd van het verenigde Koninkrijk onder Salomo, of tijdens de regering van Rehabeam, Asa of Joas, na de scheuring van het Rijk. Verschillende aanwijzingen werden door hem genoemd die in die richting wijzen.1 Allereerst de genoemde grenzen in Jozua. Die zouden overeen komen met de feitelijke grenzen zoals ze in de tijd van David tot stand kwamen. Ook het doorsnijden van de pezen van de paarden en het verbranden van de strijdwagens van de noordelijke coalitie zouden een aanwijzing zijn dat dit Bijbelboek pas in de koningentijd vervaardigd is. De vermelding dat de Gibeonieten werden aangesteld tot “houthakkers en waterputters voor de vergadering en voor het altaar des HEREN” (Jozua 9:27) zou ingegeven zijn door de wijze waarop in de tijd van David en Salomo de overgebleven oorspronkelijke bewoners van Kanaän gebruikt werden als dwangarbeider. De toevoeging in Jozua 9 dat de Gibeonieten deze taken bleven vervullen “tot op de huidige dag” en de verwijzing naar het ‘Boek van de Oprechte’, waarin ook het door David gecomponeerde ‘Lied van de Boog’ is opgenomen, zouden er evenzeer op wijzen dat het Boek Jozua pas veel later tot stand is gekomen.


Lees hier het hele artikel